Versie 2.0
Delen vanuit je eigen kennis, kunde, ervaring en daardoor samen, in groepsverband, groeien in bewustzijn, tolerantie en inzicht. Dat is het uitgangspunt van de share-shop aanpak, waarbij in het kader van een weekend of week de deelnemers zelf het programma vullen, rond een thema of helemaal open, maar zonder formele leiding of een vaststaand programma. Per onderdeel is er dan wel iemand die het onderdeel voor zijn of haar rekening neemt en zijn er facilitators, maar alle taken in een share-shop zijn uitwisselbaar en kunnen bij toerbeurt worden vervuld. Wederzijds respect en eigen verantwoordelijkheid zijn daarbij vanzelfsprekende uitgangspunten, evenals tolerantie ten opzichte van de eigenheid van ieder en het besef dat veel van onze meningen en opinies in feite projecties zijn vanuit ons eigen ego.
Werken aan jezelf in groepsverband is voor velen bekend terrein, men heeft aan allerlei trainingen en workshops deelgenomen en weet wat er in de new age-yoga-shamanisme-paganisme-human potential wereld zoal speelt. Deelname aan zo’n workshop is echter steeds vaker een dure zaak, ook al omdat degenen die zo’n cursus, workshop of event organiseren en ook zij die als leader/teacher optreden, daarvoor betaald moeten worden. Ook blijken locaties en zgn. groepsaccommodaties wel steeds meer te bieden, maar ook duurder te worden.
We hebben gemerkt, dat bij veel workshops er onder de deelnemers vaak heel wat kennis en ervaring is, die dan niet in het programma gebruikt wordt. Vrijwel zonder uitzondering zien we in gevorderde groepen, dat er mensen zijn die eigenlijk best zelf een onderdeel voor hun rekening kunnen nemen, maar dat weet de leiding niet of men heeft het niet ingepland. Spontaan gebeurt er dan wel het een en ander, maar dat is niet het uitgangspunt. In de share-shop aanpak draaien we dat helemaal om, gaan uit van wat de deelnemers kunnen of willen inbrengen en is er geen vast programma. In plaats van de top-down benadering van klassieke workshops wordt het omgedraaid en is er eerder sprake van bottom-up of peer level (gelijkwaardig): de deelnemers maken de share-shop zelf.
Share-shop is dus een opzet voor groepsprocessen, waarbij er geen sprake is van formele groepsleiders of specialisten, maar waarbij de deelnemers de inhoud verzorgen. Er zijn een aantal taken, maar die worden gedeeld en afgewisseld. De deelnemers verzorgen vanuit hun ervaring of als persoonlijk experiment, zelf een deel van de workshop, zijn voor die sessie dan wel de leider, maar staan open voor opbouwende kritiek en zijn daarmee deel van het groepsproces. Het gaat om het delen, van kennis, kunde of ervaring, maar op een manier, waarbij zo veel mogelijk de projecties en (voor)oordelen worden gebruikt als springplank naar zelfinzicht.
Voor een aantal onderdelen of sessies van de share-shop is er dus wel sprake van een leider, in ieder geval van iemand die het voortouw neemt in een proces of overdracht, maar dat is alleen voor die sessie. Dat kan iemand zijn met duidelijke kwalificaties of ervaring op een bepaald gebied, maar ook iemand die zoiets graag eens wil doen en met de groep dan afstemt hoe dat gaat gebeuren en welke interventies of terugkoppeling acceptabel is. Daarnaast zijn er altijd mensen die als taak hebben de tijd en de sfeer/groepsenergie in de gaten te houden.
Het delen van zowel de structuur-taken, de inhoud als het groepsproces en de terugkoppeling vraagt veel inzet, tolerantie en flexibiliteit. Meer nog dan in gewone workshops zal duidelijk worden welke rol men heeft of wil hebben, wat men daar tegenover stelt aan inzet; er is door de gelijkwaardigheid minder sprake van afhankelijkheid en co-dependency patronen, maar er is ook het gevaar dat dominantere deelnemers anderen overvleugelen. Door goede afspraken te maken en samen te bepalen welke manieren van commentaar, kritiek, steun en non-verbale interactie aan de orde zijn én wanneer, kan die dominantie of sfeerbepaling worden gebruikt als leerproces. Beperking en daardoor focus van de interactie kan op vele manieren, via een talking stick, door beperking qua tijd en onderwerp, plaats, communicatiemode (er is meer dan praten), door alleen een bepaalde spreektrant te gebruiken (alleen ik voel … bijvoorbeeld), maar juist in die beperkingen kan de groep zelf nieuwe vormen ontdekken en uitproberen.
De structuur van zo’n share-shop kan tevoren worden bepaald, maar ook ter plekke in overleg. Met name de terugkoppeling en ‘sharing’ kan een eigen en unieke vorm krijgen. Het gaat verder dan het delen van het eigen proces. Vorm en inhoud, waarheid en liefde spelen hier door elkaar, iedereen heeft z’n eigen waarheid en manieren om die uit te dragen, een groepsproces kan helpen om de waarheid van anderen te respecteren en de eigen waarheid te relativeren. Maar dat kan heftig worden, daarom is de taak van de vibe-watcher (zie hieronder) erg belangrijk. De vrijheid die samenhangt met het ontbreken van een formele en vooraf bepaalde structuur kan dan een echte meerwaarde brengen (of juist helemaal mis gaan).
Iedereen heeft talenten, die wat meer naar voren mogen komen. Soms zijn dat talenten, die vooral in samenspel met anderen tot uiting komen, maar waarvoor er niet altijd een “open en ontvankelijk” publiek of groep is. In de share-shop opzet krijg je de kans iets te laten zien van jezelf en voor de duur van een sessie (periode/dagdeel) de groepsleider te zijn. Wel met een paar beperkingen en feedback van de groep, maar op een positieve manier: het gaat om het samen leren en groeien. Daarbij is experimenteren en proberen een natuurlijk onderdeel van de aanpak. Het gaat er niet om workshop-onderdelen van volleerde docenten aan elkaar te rijgen, maar juist om samen te zien wat er aan talent in de groep en bij de afzonderlijke groepsleden aanwezig is.
De belangrijkste voorwaarde voor het slagen van zo’n share-shop is natuurlijk de inzet van de deelnemers. Naast praktische zaken gaat het dan vooral om het besef, dat iedereen respect verdient, een kans om zijn of haar ding te doen, tolerantie voor fouten en emotionies, maar ook de keuze tussen waarheid en liefde soms heel moeilijk ligt. Vertel je iemand echt wat je voelt (wat je denkt is al vaak te duidelijk projectie), wat maak je daarmee los, en welke risico’s ben je bereid te nemen. Groepsprocessen zijn ingewikkeld, er is geen standaard aanpak, de groep heeft z’n eigen energie en iedereen zal de intentie moeten hebben om naar beste kunnen bij te dragen. Dat kan voor sommigen betekenen dat ze veel doen, voor anderen juist dat ze eens een keer minder doen, minder op de voorgrond treden, meer naar binnen laten komen.
Dan zijn er de praktische zaken, sommige beslissingen over bijvoorbeeld eten moeten vooraf genomen worden, andere komen ter plekke aan de orde. Kwesties als wie waar slaapt, of mannen en vrouwen gescheiden slapen, moet je een slaapzak of beddengoed of een handdoek meenemen, het vervoer, de geluidsinstallatie, overlast-problemen, helderheid daarover in het begin helpt problemen voorkomen.
Omdat zo’n share-shop geen leiders kent, kan het ofwel goedkoper of men kan voor hetzelfde geld andere dingen doen, zoals samen een uitstapje inplannen of hulpmiddelen gebruiken of huren, wat anders niet haalbaar zou zijn. Bij lagere kosten kunnen meer en andere mensen deel hebben aan wat er op het gebied van persoonlijke ontwikkeling mogelijk is, maar is het ook een kans voor hen die wat meer willen oefenen met bepaalde onderwerpen of technieken. Ze kunnen hun kennis delen en daardoor ook zelf meer leren en ervaring opbouwen.
Een workshop of event opzetten zonder enige structuur of leiding is een uitdaging. Samen heenstappen over je vooroordelen en meningen, samen iets van de grond tillen en samen verantwoordelijk zijn voor de gang van zaken, brengt vaak onverwachte talenten naar boven. Het is ook spannend en het gaat vaak goed, maar de kans op een chaotische situatie is aanwezig. Enige structuur of in ieder geval een paar heldere uitgangspunten en regels helpen om dat te voorkomen. De wereldwijde Rainbow beweging heeft daar veel ervaring mee, maar beslissingsmodellen als sociocratie (consent) en methodes zoals het werken met een talking stick. Bij de Rainbow (met wereldwijd soms hele grote gatherings) is ook sprake van peer-level (circle) gelijkwaardigheid, consensus beslissingen en ontbreken formele leiders. Men heeft dat ondervangen door te werken met zogenaamde vocalisers (mensen die een bepaalde rol op zich nemen), naast de impliciete verplichting dat iedereen ook bijdraagt aan het geheel zoals in de keuken, bij campsite taken en praktische corvee zaken. In de Rainbow is er geen sprake van geld, alles gebeurt op ruilbasis en via een zgn. Magic Hat, dus is het ook in dat opzicht een share-project. De ervaringen met de Rainbow-formule kunnen gebruikt worden in de share-shop aanpak, maar er zijn ook beperkingen. De aanpak in de share-shop zal eerder een mengsel van de sociocratische beslismodus (consent, geen meerderheidsbeslissingen) en de Rainbow circle principes zijn.
Er zullen mensen moeten zijn, die het initiatief nemen en zo’n share-shop aankondigen, de mensen bij elkaar halen, de plek regelen en het thema vaststellen. Voor hun werk krijgen ze een kleine vergoeding danwel een korting of iets dergelijks.
Alles vrij is leuk, maar bepaalde zaken moet je wel regelen, zoals de tijden voor begin en einde, eten, de agenda en praktische zaken zoals de betaling, vervoer, beschikbaarheid van hulpmiddelen, matjes, borden etc. Deze taak kan afwisselend worden uitgevoerd; het gaat om mensen die geen leiding geven, maar alleen de randvoorwaarden bewaken. Deze facilitator-rol kan ook per dag of dagdeel worden ingevuld, zodat steeds anderen zorgen voor bijvoorbeeld de timing, de spullen, het opruimen etc.
Een andere belangrijke rol, die men ook afwisselend kan invullen, is om de energie van de groep in de gaten te houden en indien nodig als een soort scheidsrechter een time-out in te lassen. Denk aan te duidelijke pesterijen, isolatie of dominantie, te heftige confrontaties of groepsprocessen die niet meer functioneel zijn; deze taak vereist wel dat men wat afstand kan nemen: tact, maar ook doortastendheid.
De kwaliteit van een workshop of training hangt in het klassieke model vaak af van de leider en in zekere mate van de formule. Daarnaast speelt de groepsopbouw wel een rol, de ene groep klikt nu eenmaal beter met elkaar of de leder dan een andere. In een share-shop zijn per sessie of onderdeel ook wel leiders, maar ze zijn in het geheel minder dominant en het groepsproces wordt dus relatief belangrijker. Waar een goede leider spanningen en conflicten soms kan oplossen, soms ook gebruiken om diepere lagen te doorgronden, is er in een share-shop groep geen echte autoriteit en dus minder “demping” , de gemoederen kunnen sneller hoog oplopen. Dat kan een probleem zijn, maar ook heel nuttig, de waarheid komt dan soms sneller naar voren. Daarom is het nuttig om een aantal veiligheidskleppen in te bouwen, waar met name de vibe-watcher(s) mee kunnen werken. Afspraken voor ingrepen als als time-outs, ingelaste stiltes, stop-woorden als “spiegelen” kunnen daarbij helpen, maar er zijn ook oplossingen zoals speelse confrontaties tussen opponenten met kussens, in allerlei disciplines zoals Gestalt, Bio-Energetica zijn technieken ontwikkeld, waar men uit kan kiezen.
Meestal is er ook sprake van mensen die hun groepsaccommodatie, hotel, villa, boerderij of stuk land ter beschikking stellen of een specifieke rol hebben zoals een kok. Zij dragen bij, krijgen soms betaald voor wat ze bieden en zijn soms deelnemers, soms echter alleen facilitair betrokken. Ze staan dus soms wat buiten de groep, maar hebben wel een zekere rol en zeggenschap, hun wensen en eisen moeten daarom vooraf goed duidelijk zijn. Zaken als contacten met de omgeving, corvee, opruimen en overlast (geluid) kunnen daarbij spelen. Ook qua geld moet naar hen (en de groepsleden) alles helder en doorzichtig zijn.
De ervaring met workshops, seminars en andere self-development evenementen leert dat er ondertussen een groep deelnemers is die zelf ook heel wat in hun mars hebben, maar dat in de standaard aanpak met een duidelijke workshop leider(s) en een vast programma en een top-down benadering niet goed kunnen uiten. Dat zijn vaak mensen, die heel goed begrijpen hoe in elke groep dingen als projectie en (voor)oordelen, persoonlijke trauma’s en onbewuste herinneringen een rol spelen en weten hoe je bijvoorbeeld een persoonlijke crisis van een van de deelnemers kunt begeleiden.
Ook zien we dat de prijs van trainingen en workshops steeds vaker een rol speelt. Met hoge prijzen bereik je een ander publiek, dat dan ook meer verwacht qua inhoud, begeleiding en voorzieningen. Er zijn wel goedkopere workshops, maar toch blijkt ook daar de prijs, die zelden onder de 150 euro per weekend ligt, een drempel. Voor veel mensen met een gering inkomen of een levensstijl die minder gericht is op het materiële is dat al een flinke som, zeker als daar nog reiskosten bijkomen. Aan de andere kant liggen goedkope accommodaties zoals natuurvriendenhuizen vaak wat verder weg, vanwege de natuur en de omgeving, maar ook omdat zoiets in de Randstad onbetaalbaar is en dat brengt weer reiskosten met zich mee.
Voor de onderkant van de markt, mensen die al rond de 100-130 euro een drempel voelen, is er dus relatief weinig keus. Ze kunnen naar festivals, maar ook die worden langzamerhand steeds duurder, OpenUp en Eigentijds zitten al fors boven die drempel en Rainbow events zijn vaak ver weg en dan zijn de reiskosten een beperking. Er zijn bij veel workshops en evenementen opties voor medewerkers, vrijwilligers en dergelijke, maar dat betekent minder tijd en soms een vrij strak schema.
Het aanbieden van workshops in de share-shop formule kan veel goedkoper, omdat professionele leiders-teachers ontbreken. Voor een weekend is een bedrag van 100-130 euro per persoon inclusief eten en slapen goed haalbaar.
Workshops zonder formele formule of vast programma hebben ook een aantal nadelen. Zo is het ontbreken van een duidelijk curriculum en een duidelijk leerdoel voor veel mensen toch bezwaarlijk, ze willen liever wat zekerheid over wat zo’n workshop hen gaat brengen. Omdat er geen vaste leiders zijn, is er ook geen ervaring met die leiders, kan men geen referenties vinden en is het een kwestie van geluk of men dan wel iets opsteekt van zo’n evenement.
Van de kant van degenen, die workshops geven is deze formule ook niet zo leuk, want het is vissen in hun vijver (en nog goedkoper ook), men zal het zien als een soort concurrentie. Het is dan ook mogelijk dat men deelname en met name participatie zal verbieden aan hen die middels een kwalificatieproces, diploma of als lid van een beroepsvereniging een bepaald niveau hebben bereikt. Mensen die in het geven van workshops en lezingen hun inkomensbron zien, zullen misschien niet mee willen doen en dat kan de kwaliteit van de inhoud van share-shops beperken. Daar staat wel tegenover, dat het peer-level groepsgebeuren met wisselende rollen juist voor anderen een manier kan zijn om hun people-skills, presentatie en inhoudelijke kwaliteit eens te toetsen of bij te schaven.
Groepsvorming
Een share-shop kan eenmalig zijn, maar vaker wordt het een kleine reeks en ontstaat een duidelijk groepsgevoel. Men kent elkaar van de vorige keer, er zijn ‘bondjes’ en relaties binnen de groep en vaak ontstaat er een soort tribal of familiegevoel. Dat is heel positief, maar kan ook beperkend zijn, nieuw bloed is ook nodig om het levend te houden. Te sterke groepen zijn voor nieuwkomers wel eens bedreigend, men valt er dan wat buiten. Er groeit voor de deelnemers ook wel eens een soort afhankelijkheid, men heeft het goed gehad en wil dat weer beleven, maar zoekt dat dan alleen in de groep. De uitdaging is natuurlijk om de lessen en inzichten van de share-shop ook in het gewone leven toe te passen, er moet een poort naar de echte wereld blijven, al zullen sommigen die echte wereld eerder zien in het groepsgevoel van de share-shop.
Meer info op;